Auteur: Ziggy Vanilly

Beeldend kunstenaar: tekeningen, schilderijen, sculpturen, collages, portretten op maat.

VERSLAG: Bohemersbal 2018

 

 

 

 

Een prille traditie van tropisch hete Bohemersbal(len) werd dit jaar gebroken door een aangenamer vroeg herfstballet, waar een verkwikkend fris buitje nooit ver weg was en waar uiteindelijk zelden ballerina’s over zijn gevallen. Met het recent ingewijd standbeeld van een sprankelend vrolijke Flavi als getuige konden bezoekers zich als vanouds tegoed doen aan een genereus braadfestijn én een snuiflijn artiesten even strak en explosief in het pak zittende als een tijdbomtikkende bohemerblein.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Emballage Kado wist weer iedereen met een blitz in te pakken met een denderende Tram 44 aan Brusselse smarten en grollen en dat was wel even wennen, zo na het opvallende sombere Mon Cousin Hubert: dit fenomeen uit Verviers greep met zijn aardedonkere versie van ‘Beat it’ van Michael Jackson zowat iedereen bij de, eh…wel ja, bij de Bohemersballen. ’s Mans verbluffende optreden werd integraal opgedragen aan het recente heengaan van Marcel Franken, een medewerker die veel heeft bijgedragen aan de vormgeving van Flavirama.      

Nul somberiteiten ten huize Bart Van Bilzen & Magaij: oersnelle kolder à volonté, tot ze aan de barbecue niet meer het begin zagen van iemands bil of het einde van eigen saté.

 

 

 

 

 

 

 

Tot ieders verbazing verscheen er tijdens de pauze compleet onaangekondigd een man (José Carlos) op het podium met een kánjer van een geërecteerde panfluit: je zag de mensen zich de ogen uit hun kóp kijken, tot allemansoren een vervaarlijk grote condor de wolken harmonieus hoorden plát strijken! Dát heet dan een verrassing.

 

 

 

 

 

 

 

Een verassing was de volgende act evenmin als Ziggy Vanilly’s barbecue, maar honger werd alleszins in beide gevallen gestild door Carmencita de Brusélas én haar zeven sluiers: met haar heupen wiegde ze duizelingwekkende arabesken gehuld in een burka even mini als een doorsnee Braziliaanse bikini! Al het onnoembare dáárna kon worden gestild aan de bar, met assistentie van Sophie, Anneke en het arendsoog van Tamara, rijkelijk gemarineerd met citroenjenever. Het was overigens alweer een jaar of drie geleden dat we nog ’s iets vernomen hadden van Dezz Demona, die tijdens deze editie als behekste presentatrice uit de catacombenmaffia van Transsylvanië de acts vakkundig aaneen lulde met de mond vol scherts over protserig swaffelende dwarsfluiten, lillende trekzakken en badkamerstomende doedelpijpen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Had Madame Soleil dit echt voorspeld? Dat belooft voor volgend jaar!

VERSLAG ‘Mea Natura’

Het ligt ondertussen zowat in mijn natuur de dolle fratsen te Flavirama met een kwinkslag en een vette knipoog te beschrijven, dus waarom ook niet deze eerste editie van, u raad het nooit: “Mea Natura”, op zaterdag 28 juli 2018. Een titel die ieders verbeelding heeft geprikkeld, mijn eigen natuur inbegrepen. Het resultaat was een mini-festival met het gaspedaal richting maxi-knal. Voor elk was er wat wils, ook voor diegenen op zoek naar koude pils. Wim Vilters was er met zijn artisanale kunstwerkjes aan sierlijke fluiten en sjamanistische trommels, waar veel volk vol bewondering naar kwam koekeloeren en uitproberen én zich kwam inschrijven voor een workshop instrumenten bouwen. Good ol Sunny informeerde bezoekers over hoe je zelf je eigen zeep en shampoo kan maken op basis van natuurlijke producten, al heb ik jammer genoeg geen exacte cijfers van het aantal kandidaten dat ter plekke zijn haar zou hebben gewassen.

Een even eenvoudige als geniaal lekkere spaghetti Bolognese werd ons aangeboden door La Pepermans, roepnaam Tamara. Lieselotte Vervoort verkocht haar eigen gebrouwen gazpacho zo succesvol uit dat het geen naam had. Had ik het overigens al gezegd? Haar Empanadas waren fantastisch! Dranken en eetbare dingen kon je zowaar betalen met echte Flavimunten, een primeur voor Flavirama. Schepen van Jeugd, Cultuur en evenementen, lokale economie en Vrije Tijd voor de CD&V Tervuren Jan Trappeniers gaf een speech ten berde naar aanleiding van de inhuldiging van ‘Flavi’, ons welbekend stripfiguur en geestelijke zoon van Marc Gaij, naar 3D omgetoverd door beeldhouwer Ziggy Vanilly.

Wie Flavi in zijn natuurlijke omgeving wil komen bewonderen, heeft bij deze het perfecte excuus om zijn “mea natura” te volgen en in Flavirama een glas te komen drinken, of zijn haar te wassen, zo u wil. The Reversed Company speelde onder leiding van Jan Michiels een rits meditatieve klanken, als opwarmer voor het barokke Vasco Da Gama, een van de ontélbare muzikale projecten van überflaviramees Magaij, de man van wie men na één enkele luisterbeurt kan besluiten dat er nieuwe hoop bestaat voor castraatzangers.
En u? U was al lang blij dat die vermaledijde hittegolf ten einde was gekomen, zodat u eindelijk weer uw eigen “mea natura” kon volgen.

VERSLAG Sint Jansvuur en heksenproces 2018

Omdat een heksenverbranding toch ook máár een heksenverbranding is, heeft de Flaviramaploeg in het kader van een intensere beleving van de dingen voor deze editie een morsig blik marteltechnieken opengetrokken en is daar zó inventief mee omgesprongen, dat -je raad het nooit- niemand gewond is geraakt (!)
Een paar bezoekers waren op zaterdagavond 23 juni zo onder de indruk van de onmenselijke wreedheid en het schaamteloze sadisme aangeranseld door nonnen en priesters in vlekkeloos habijt, dat ze de onmiddellijke vrijlating van de gevangenen eisten. Nochtans waren de fijn uitgekiende lijfstraffen volledig en integraal terecht, als je bedenkt dat de veroordeelden werden aangeklaagd voor hekserij, autokannibalisme, bestialiteiten, en een handvol andere ongein.
Uiteraard zijn de goddelozen die een officiële bekentenis van hun gepleegde misdaden afleggen onontbeerlijk voor het op gang slepen van een fatsoenlijk proces, dat weet iedereen. Wel, laat dat nu exáct hetgene zijn wat bezoekers aan de heksenverbranding van 2018 ter plekke hebben kunnen vaststellen: “dat dat personeel hier verdomme prima zijn werk doet!”
Op het moment dat de gevoelige zielen onder ons dachten de strijd met hun tegensputterende maag te hebben overwonnen, brak het vonnis aan van zevenvoudig kindermoordernaar Jules Vreewaais: steniging, onthoofding en verbranding van het hoofd.
Na ontelbare aanslagen op het gepeupel hunner goede smaak, kon men in vrede redetwisten met sadisten en masochisten op de noten van Hoeminnelic!

 

  

Bohemersbal 2017

Een akoestische set brengen in open lucht waar veel volk op staat te kijken is altijd riskant: het geleuter van die twee zatlappen achter je kan verhinderen dat wat zich afspeelt op het podium vóór je in het niet verdwijnt. Gelukkig ging het op zaterdag 26 augustus 2017 om een beschaafd en welgemanierd publiek, met veel liefde voor muziek en voor elkaar. Bovendien konden we beschikken over een aantal artiesten die het rumoer zodanig hebben weten te doen verstommen, dat de speld die iedereen spreekwoordelijk kon horen vallen, bijna létterlijk kon worden gehoord door de hardhorige buren van Woonzorgcentrum Zoniën tweehonderd meter verderop. En dat wil wat zeggen, zo op het grasveld van Flavirama!

* Wim Arens: beet de spits af met vinger- en strijkwerk op cello, geïnspireerd op de hersenspinsels van onderandere Johannes Brahms. Zijn instrument klonk verrassend luid gezien de akoestische omstandigheden, maar het beleefde publiek sloot dan ook collectief haar bek en luisterde aandachtig. We zagen de man worstelen, we zagen hem hier en daar de mist in gaan, maar gecharmeerd heeft hij heel zeker. De met niemand anders te vergelijken grijns die hij naar ons allen wist dóór te stralen, leek niet meer of minder te willen zeggen: “relax mannekes, het is maar om te lachen”. En gelachen hébben we, al was het geen schaterlach maar eerder een oncontrolleerbaar gegrinnik en een grijns even breed als het podium met de bar daaraan toegevoegd.


* Mark Deknudt: op gitaar met zijn ‘Brusselse Leekes’ was voor velen geen onbekende en kwam als tweede aan zet. Hier en daar deed hij met zijn stemtypetjes en vuile moppen wat aan Urbanus denken en dat werd duidelijk gesmaakt, zo eveneens zijn naar het Brussels dialect vertaalde ‘leekes’ van Bob Dylan, George Brassens en Jacques Brel. Sommige moppen waren heel vuil. Té vuil om hier te publiceren: die waren namelijk om je dood te lachen, maar aangezien Flavirama geen gedoe wil met de officiële inspectie voor veiligheid houden we het er maar bij dat Mark Van Anus een paar keer nét niet op zijn gat is gevallen.

* Gaya Flamenca: is een Spaans verzinsel dat zoveel wil zeggen als ‘Vlaamse gaai’; gek genoeg vertoont degene die in deze groep het meest op een vogel lijkt, geen gelijkenissen met een Vlaamse gaai, maar eerder met een raaf. Hij heet Stalin Blake, is als Koerd geboren in Syrië en ook al staat er op zijn identiteitskaart het woord ‘staatloos’, bespeelde hij zijn flamencogitaar én zijn stem alsof de hele staat in genade en bewondering aan zijn voeten lag. Samen met de jonge Kosovaar Mirzhad op cajon, dansende- en zingende wervelwind Lieselotte Vervoort aka Carmencita De Brusélas én Ziggy Vanilly op tweede cajon stampte deze muzikale stoomtrein ei zo na een woonwagenbewonerspolonaise de boer op!

* Octavia De Zigeunerin & Bandit De Loebas: brachten teweeg wat je zou verwachten wanneer je plots een fel opgemaakte zigeunerin met een zenboeddhistisch kalm uit zijn kikkerogen kijkende Chichuahua het podium op ziet staan: monden vielen open van verbazing, sommigen verslikten zich in hun vals gebit, anderen beplasten zichzelf en knepen schaamtelijk de billen toe. Wat volgde was een monoloog uit het leven gegrepen en je zag mensen met verbazing kijken en luisteren naar het rijk gevuld avontuurlijke leven als verteld door Octavia De Zigeunerin, alleen had Bandit De Loebas er geen zin in: die stond er bij en keek er naar. Misschien had een drinkbakje met Flavirama’s best verkopende bier Ommegang Keizer Karel hem inspirationeel kunnen opblazen.

* Emballage Kado: was een mooi cadeau om heel snel en doelgericht een valiumkliniek te dynamiteren met de vrolijke deiningen een bezopen blauwe vinvis waardig: de ene helft van het publiek stond te dansen als losgeslagen dorpsidioten aan de bollen, de andere helft schaterde zich een aderbreuk bij het ontcijferen van de liedjes gezongen in het Brussels dialect.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

* Wouter Van Poeck: op gitaar héél dicht bij het kampvuur gezeten in het gezelschap van zijn grote zus, deze laatste voornamelijk fungerende als elegant ontworpen microfoonstatief: voor wie er zat op te wachten jammer genoeg ab-so-luut niks incestueus te bespeuren, maar desalniettemin een romantisch beeld. Een intiem moment, dat het rauwe Amerikaans-Engels gemompel en het country-bluesachtige snarengedicht wonderwel paste als een met de hand gemaakte Harley Davidsonhandschoen.

* Marc Gaij & Bart Van Bilzen: ón-waar-schijn-lijk onnozel en haast té hilarisch om te beschrijven hoeveel malen men de ‘what the fucks’ kon zien openspatten in de blikken van het publiek bij het aanschouwen van dit duo kompleet gestoorde cabaretiers. Een rotvaart, een timing en je reinste smoelentrekkerij om duimen en wijsvingers bij af te likken. Een klucht van een flamenco met liefde en respect voor de klucht én de flamenco. Diegene die het presteert kalm en sereen te blijven bij het aanschouwen van Duracell-konijn Marc Gaij die muziek speelt op de állerkleinste open en toe accordeon ooit gezien op dit terrein, wel…bestaat die eigenlijk? Kort maar krachtig heet dat.

* Madame Soleil: onmogelijk te missen aan de ‘lounge’, oftewel de tent tegenover de bar, tenzij je die avond blind en doof was. Pal onder het kruis van Jezus gezeten en met een hoed uit Kirgizië gekroond op een gezicht met de groenste kijkers uit de streek, trok deze mysterieus uitziende waarzegster onschuldige voorbijgangers naar zich toe als konden de ongelukkigen hun ijzeren vullingen haar magnetisch geladen blik simpelweg niet ontwijken. Geen moment zat ze om klanten verveeld, deze Madame. De ene na de andere moest het weten: “Trek ik binnenkort aan het kortste eind…of maakt ú hem langer?”

* Clark Maldrie: geboren presentator en strak in het Mijnheer-de-Circusdirecteurenpak, zo zag je en hoorde je hem verbaal knallen en ongeneerd lallen over Bandit De Loebas zijn verwijderde ballen zónder de algemene beleefdheid te verknallen. De ene artiest na de andere werd genadeloos de realiteit ingebruld, geblaft en gevleid met decibellende scheermessen maar het vermaak zag je op ieders lippen glimmen van kinderlijke onnozelheid. De leeuwenzweep wás er, ook al zag je hem niet.

* Sylvie Chinien (Nansya): klein meisje met grote leeftijd zingt en speelt gitaar zo kwetsbaar en breekbaar als eierschalen in een marmeren vijzel, over haar angsten, woede en liefde. Wonderlijk, speels, zeemzoet, vindingrijk. Even kwam Edie Brickell om de hoek, Heather Nova duwde haar zachtjes en beleefd terug en draaide haar een gevorkte tong. Het moet gezegd: Sylvie was ook zo iemand die het die avond heeft gepresteerd het publiek te doen zwijgen als het graf en elk mogelijke storing van menselijke of andere aard te doen vállen in dat graf, met een Ommegang op diens kop.


* Christophe Boogaerts: vlotte jonge zakenman in vrijetijdskledij en gezeten op akoestische gitaar perst de stem van een jonge Stevie Wonder uit z’n strot. Je zag mensen in het publiek twijfelen of ze hem een kopje thee zouden geven, zo kwetsbaar mooi vonden ze hem. Slechts twee nummers had deze ‘blue eyes’ te brengen, maar ze bleven even hardnekkig aan ieders billen plakken als het áller-állerlaatste velletje toiletpapier.

* Ceres Wieme: met een kol-los-sale ‘let’s cut the bullshit en make some gas’-attitude brak deze platinablonde Dolly Parton uit Antwerpen scheurend los op haar gitaar met een vrolijk frisse ‘La Bamba’ van Ritchie Valens. Wijdbeens zittende aan het knetterende kampvuur tokkelende op haar snarenmonster liet ze iedereen meezingen alsof het maanden op voorhand was afgesproken. Een pittige afsluiter voor de laatblijvers, zo vroeg in de ochtend.

* Verrassingsact: wat niemand had verwacht te horen op het moment dat veel mensen al waren afgedropen: een ijselijk luid scherp- en schor geschrei komende uit de wei ver voorbij de maand mei. Onmogelijk te zeggen van welke aard, maar dit geluid menselijk noemen kon geen mens volhouden. Was het een vogel? Of was het allicht een mensenetende zeugendekhengstbeer uit de orde van de Artiodactyla? Was het iets mechanisch van de boeren om joelende festivalgangers uit de streek te verdrijven? Geestelijke vader van Flavirama Marc Gaij, kort ‘Magaij’, verscheen ten tonele en declameerde het verlossende woord: “VOSSEN!” Je zag een paar verbaasde kwieten gefronst omkijken met op hun voorhoofden de pertinente vraag: “wat bezielt Alain Vossen om als een regelrechte imbeciel op dit godvergeten uur van de nacht in het veld te gaan staan schreien als ware hij een verkouden kraanvogel met acute constipatie??” De waarheid lag uiteraard geheel ergens anders. Die was namelijk in het dierenrijk te vinden. In de wereld van de vossen, meer bepaald. Volgens Magaij lieten de vossen weten er genoeg van te hebben en eisten op die manier hun welverdiende rust. En zo geschiedde.

* Vrijwilligerswerk: deze schitterende avond was alleen maar mogelijk met de hulp van talloze vrijwilligers en alléén maar vrijwilligers tout court. Aan de bar kon drank en eten worden besteld dat het geen naam had dankzij: Shilemeza Prins, Tamara Pepermans, Anneke Van Nuffel, Magda Tielemans, Sofie Mollekens.
Voor vers gebraden vlees, slaatjes uit alle windstreken, gebakken schijfjes Afrikaanse bakbananen en Yamwortel kon je aanschuiven bij mevrouw Faith Ferario, roepnaam ‘Kafui’ (spreek uit: ‘Káf-wie’).

Diegenen die vaak geheel onterecht over het hoofd worden gezien, zijn diegenen die dit moois vereeuwigen aan de hand van de fotografie, zodat wij met z’n allen nadien kunnen genieten van wat ooit was en besluiten dat het goed is, dat we zien dat we met z’n allen deel hebben uitgemaakt van iets groots en fijns en dat dat heeft geresulteerd in een geslaagde editie van het Bohemersbal: Jan Michiels en Tamara Pepermans.

 

VERSLAG: Elferieën 2017

Een avond om oortjes elfachtig bij te punten en ze op tijd te spitsen voor al wat kwam aandeinen op een zwevende beat, dat was Elferieën 2017.
Op zaterdag 29 juli had opperelf Magaij zijn zacht woekerende elferie genaamd Flavirama voorzien van brood en spelen op maat van kleine- en grote kinderen, al mag je dat brood met een korrel zout nemen aangezien brood noch zout voorhanden was; de peper daarentegen stoof er alle windstreken uit, ten bewijze de op deze vier laatsten geïnspireerde elfengerechten met veel liefde bereid door elfennimf Lieselotte Vervoort. Onnodig te vermelden hoe dit met veel overgave door talloze bezoekers werd gesmaakt!
Her en der in het Flavibos kon je ongeneerd struikelen over heerlijke nieuwigheden als houten volksspelen en het soort prikkelende vertelseltjes gebracht door Annelies Willems en haar dochter Renske, uiteraard onmogelijk naar deze tekst te vertalen. U had er maar moeten bij zijn!

 
 

Het moet gezegd: De Nachtegaal van Tervuren Magaij werd dit jaar op vocaal vlak minstens even hoog bijgestaan als hem zelve, en daar had onze brave bard niet eens een getormenteerd Venetiaans castraatzanger voor nodig.

 

 

 

 

 

            

 

 

 

 

 

 

 

 

Elfenorkaan uit de wereld van de Italiaanse opera La Cecilia Bartoli had andere verplichtingen, maar O diegenen die de hemelse keelklanken hebben moeten missen van elfenbries Lies Tousseyn: een immer nagalmend oorsnoepje!
Minder zichtbare elfen ondertussen hebben in de luwte geprobeerd de show te elfertilizeren met een rookmachine, projecties en aparte belichting: Ziggy Vanilly, Jan Michiels en Gert Fransoo.
Overigens: ál dat oeverloos ge-elf van uwentwegen in dozijnen aanwezig?
u was een elfachtig publiek!